Veelgestelde vragen

Een BHV-cursus richt zich op bedrijfshulpverlening: naast levensreddende eerste hulp leer je ook brandbestrijding, evacuatie en communicatie bij noodsituaties. Een EHBO-cursus gaat dieper in op medische hulpverlening, zoals reanimatie, het verbinden van wonden en het herkennen van ziektebeelden.

De Arbowet schrijft geen vaste herhalingsperiode voor, maar eist dat BHV’ers bekwaam blijven. In de praktijk adviseren wij jaarlijks een herhaling om kennis en vaardigheden op peil te houden.

Niet per se. De Arbowet verplicht wel dat er voldoende eerstehulpverlening aanwezig is, passend bij de risico’s van het bedrijf. Een EHBO-diploma is de meest gangbare manier om dit te borgen.

VCA is verplicht voor werknemers en leidinggevenden die werken in risicovolle omgevingen, zoals de bouw, industrie of petrochemie. Veel opdrachtgevers eisen VCA als voorwaarde voor toegang tot de werkplek.

Ja. Elke beroepschauffeur met een C- of D-rijbewijs moet elke vijf jaar 35 uur nascholing volgen, waarvan minimaal één dag over rijvaardigheid gaat. Zonder geldige Code95 aantekening mag je niet beroepsmatig rijden.

NEN 3140-keuring is een inspectie van elektrische arbeidsmiddelen en installaties. Volgens de Arbowet moeten werkgevers zorgen dat deze veilig zijn; de NEN 3140-norm beschrijft hoe dit moet worden uitgevoerd.

Volgens het Bouwbesluit en de NEN 1010/NEN-EN 50172 moet noodverlichting minimaal jaarlijks worden gecontroleerd en onderhouden. Dit moet worden vastgelegd in een logboek.

Een verkeersplan beschrijft hoe intern verkeer wordt geregeld om ongelukken te voorkomen, inclusief routes, snelheidslimieten, bewegwijzering en gedragsregels. Dit is vaak onderdeel van de RI&E.

Denk aan EHBO-koffers, AED’s, brandblussers, brandslanghaspels, noodverlichting en communicatiemiddelen. Deze moeten periodiek gecontroleerd worden op werking en volledigheid.

Een RI&E (Risico-Inventarisatie & Evaluatie) brengt alle arbeidsrisico’s in kaart en stelt een plan van aanpak op om deze te beheersen. Het is verplicht voor alle werkgevers met personeel volgens artikel 5 van de Arbowet.

Minimaal bij veranderingen in processen, personeel, machines of gebouwen. In de praktijk wordt vaak eens per 3 tot 5 jaar een volledige herziening gedaan, tenzij er eerder iets wijzigt.

Een ontruimingsplan is verplicht als er een brandmeldinstallatie (BMI) aanwezig is op basis van het Bouwbesluit 2012, meestal bij grotere gebouwen of panden met meerdere verdiepingen. Ook is het verplicht wanneer uit de RI&E blijkt dat evacuatie onderdeel moet zijn van het veiligheidsbeleid, bijvoorbeeld vanwege verhoogde risico’s door de aard van de werkzaamheden, aanwezigheid van veel bezoekers of kwetsbare groepen.

Daarnaast moet het plan voldoen aan de NEN 8112-norm, waarin precies staat welke procedures, taakverdelingen en plattegronden opgenomen moeten zijn. Het plan fungeert daarmee niet alleen als wettelijk vereiste, maar ook als praktische handleiding om bij calamiteiten snel, gestructureerd en veilig te kunnen ontruimen. Regelmatige actualisatie en oefeningen maken een ontruimingsplan pas echt effectief.

Ontruimingstekeningen moeten voldoen aan NEN 1414 en NEN 8112. Deze normen bepalen niet alleen welke symbolen, kleuren en informatie verplicht zijn, maar ook hoe deze op de tekening moeten worden weergegeven voor maximale duidelijkheid. Denk aan uniforme pictogrammen voor nooduitgangen, blusmiddelen en EHBO-posten, het aangeven van de huidige locatie met “U bevindt zich hier” en het vermelden van verzamelplaatsen.

Daarnaast beschrijven de normen waar en hoe de tekeningen in het gebouw moeten worden opgehangen: op goed zichtbare, logische plekken zoals bij ingangen, liften en centrale gangen, op elke verdieping afzonderlijk. Door deze richtlijnen te volgen, kunnen zowel medewerkers als bezoekers, ook onder stress of bij taalbarrières, de plattegrond direct begrijpen en veilig de juiste vluchtroute kiezen.

Een formeel plan is niet in alle gevallen verplicht, maar de Inspectie SZW en verzekeraars vragen er vrijwel altijd om als bewijs van een goed georganiseerde BHV. Voor risicovolle bedrijven is het wel verplicht.

Ja, mits je beschikt over de juiste kennis, ervaring en meetapparatuur. Vaak is het efficiënter om dit door een gecertificeerde keurmeester te laten doen, zodat je bij inspecties sterk staat.

Je loopt risico op boetes tot duizenden euro’s, aansprakelijkheid bij ongevallen en mogelijk zelfs het stilleggen van werkzaamheden door de Arbeidsinspectie.